6.onkruid- en mosbestrijding
Vanaf 1 november 2016 hebben wij geen onkruidbestrijdingsmiddelen meer te koop waarin de werkzame stof Glyfosaat is verwerkt.
BOERENWORMKRUID
Boerenwormkruid lijkt veel op Sint Jacobskruiskruid maar heeft geen stralenkrans van straalbloempjes. De plant heeft een donkerbruine stengel en kan 80-150 cm hoog worden. De bloemen verwelken niet snel en blijven lang hun gele kleur behouden. De plant groeit veel op zandgronden en langs wegen.
BOTERBLOEM - KRUIPENDE
De kruipende boterbloem heeft geelkleurige bloemen en wordt 10-50 cm hoog. De kruipende boterbloem vormt lange kruipende uitlopers die in de grond wortelen. De bloemsteel is gegroefd. Omdat de plant licht giftig is zal het vee er omheen grazen. Daardoor krijgt de plant alle kans zichzelf snel te vermeerderen. Met name op vochtige gronden komt de plant veel voor in weiden, op akkers en in gazons.
BOTERBLOEM - SCHERPE
De scherpe boterbloem heeft geelkleurige bloemen en wordt maximaal 100 cm hoog. De scherpe boterbloem vormt lange kruipende uitlopers die in de grond wortelen. De behaarde bloemsteel is niet gegroefd. In de weide zal het vee er omheen grazen waardoor de uitbreiding alle kans krijgt. Met name op vochtige gronden komt de plant veel voor in weiden, op akkers en in gazons.
BRANDNETELS
Brandnetels zijn vaak te vinden naast wegen, bosranden en verwaarloosde tuinen. De onkruidplant groeit haast op elke bodem maar heeft een voorkeur voor een goed bemeste, vochtige of stikstofrijke bodem. De belangrijkste eigenschap van de brandnetel is dat hij bedekt is met brandharen, die een brandend en jeukend gevoel geven op de huid wanneer de breekbare punt afbreekt. Dit onkruid heeft een hardnekkig wortelstelsel. Dat kunnen diepe penwortels zijn of wortelstokken die steeds opnieuw uitlopen.
DOORNAPPEL
De doornappel (Datura stramonium) is een plant uit de nachtschadefamilie (Solanaceae). Het is een zeer giftige plant die hallucinogene alkaloïden bevat. De bladeren zijn onregelmatig van vorm met brede tanden. De trechtervormige bloemen zijn lang evenals de kelk die vijfkantig is. De doosvrucht is eivormig en getand.
De plant komt vrij algemeen voor op mesthopen in tuinen en bouwland, vooral op kalkrijke bodem, in Europa meestal wat zuidelijker dan Nederland. Cultivars worden wel geregeld in tuinen gekweekt. De eenjarige plant is erg vorstgevoelig.
DUIVEKERVEL
De bloemen van Duivekervel hebben iets van het vlinderbloementype, maar een echte vlinderbloemige zoals Vogelwikke en Veldlathyrus (zie ook bij andere soorten) is het niet. Komt veel voor op leemgronden, ook op andere; zelden op sterk zure gronden. Staanplaats langs wegbermen, akkers (korenvelden), moesgrond, ruigten en puinhopen. Hoagte varieert van 10 tot 50 cm. Bloeit van april tot oktober.
DUIZENDKNOOP
Duizendknoop is een plantengeslacht van uit de duizendknoopfamilie (Polygonaceae). Tegenwoordig hoort deze naam bij het geslacht Persicaria, maar vroeger maakten de planten die nu dit geslacht vormen deel uit van geslacht Polygonum en toen hoorde deze Nederlandse bij dat geslacht. Het genus Polygonum is is veel kleiner geworden en heeft een nieuwe Nederlandse naam gekregen: het geslacht Varkensgras.
De meestal vijf bloemdekbladen omsluiten de vrucht. Deze plant wordt onder andere gegeten door de zuringwants (Coreus marginatus). ZIE VARKENSGRAS
